In congrescentrum de Reehorst in Ede hield de KNMV zondagmiddag 8 januari haar jaarlijkse kampioenshuldiging. Alle kampioenen van 2005 werden hier nogmaals in de schijnwerpers gezet.
Foto: Arie Molenaar en Joey Litjens tekenen de overeenkomst voor het seizoen 2006
Naast de huldiging van de kampioenen werd ook de winnaar van de Henk Vink Trofee bekend gemaakt. De trofee wordt jaarlijks toegekend aan iemand met speciale verdiensten voor de motorsport. Dit jaar viel die eer te beurt aan Arie Molenaar. De toekenning van deze eretitel in de nationale motorsport aan Arie Molenaar werd door de KNMV als volgt gemotiveerd:
Zijn inzet en betrokkenheid als eigenaar van een internationaal wegrace Grand Prix Team en de manier waarop hij talentvolle coureurs een kans biedt zich op het hoogste platform te ontplooien is van grote betekenis voor de Nederlandse motorsport.
Na zijn actieve loopbaan als wegracecoureur, met als hoogtepunten een nationale 125cc titel in 1990 en een derde plaats in het EK in 1993, is Arie Molenaar sinds 1994 actief als teammanager/eigenaar. Nadat hij in 1994 en 1995 twee 125cc wereldtitels wist te behalen met de Japanner Haruchika Aoki, richtte de motorhandelaar uit IJsselstein zich de jaren daarna steeds vaker op Nederlandse rijders, waaronder Jurgen van den Goorbergh, Jarno Janssen, Maurice Bolwerk, Henk van de Lagemaat en Raymond Schouten.
Ook in een periode dat de talenten moeilijk te vinden waren en de racebudgetten onder grote druk stonden wist Molenaar, met veel inventiviteit en doorzettingsvermogen, zijn renstal draaiende te houden.
In 2006 krijgt het jonge talent Joey Litjens de kans om zich in de kleuren van het Molenaar Racing Team op Grand Prix niveau te etaleren.
Arie Molenaar, die vanwege zijn wintersportvakantie niet aanwezig kon zijn, zal binnenkort de bijbehorende trofee overhandigd krijgen in zijn motorzaak in IJsselstein.
Telefonisch gaf de teameigenaar wel een reactie:
ÒSamen met diverse partijen en sponsoren die ons team al die jaren al steunen, houd ik het enig overgebleven Nederlandse team in stand. We hebben de internationale organisaties IRTA en Dorna er van weten te overtuigen dat ons team een vaste waarde in de GPÕs zal blijven en met minimaal ŽŽn Nederlandse deelnemer aan de start zal verschijnen. Het is daarbij goed te weten, en een uitstekende morele steun in de rug, dat de nationale bond achter ons werk staat. In deze lijn hopen we ook dat het bedrijfsleven zich achter onze plannen zal scharen om de continuˆøteit van de Nederlandse motorsport op GP-niveau te kunnen blijven waarborgen. Dat is precies wat de Nederlandse motorsport dringend nodig heeft om uit de huidige impasse te rakenÓ,
aldus Molenaar die, bescheiden als hij is, toch wel degelijk met gepaste trots de erkenning van de bond in ontvangst nam.
Tekst: Harry Haddering ([email protected])
