Publiekslieveling wordt wereldkampioen

281

De Grand Prix-cyclus heeft altijd zo zijn eigen smaakmakers gekend, coureurs die het publiek op de banken weten te krijgen. Kevin Schwantz was zoÕn man. Eind jaren Õ80 en begin jaren Õ90 was deze Texaan een grote publiekslieveling. Schwantz stond bekend als goedlachs en sympathiek en met zijn spectaculaire rijstijl, een inzet van altijd 100% en zijn trouw aan ŽŽn en hetzelfde merk wist hij mening wegraceliefhebber voor zich te winnen. Na een aantal jaren hoog ge‘indigd te zijn in de eindstand, maar net niet genoeg punten gesprokkeld te hebben voor de eindoverwinning, gunde iedereen hem een keer de wereldtitel. In 1993 zou Schwantz op formidabele wijze daadwerkelijk wereldkampioen worden.

Kevin Schwantz reed zijn eerste GP in 1986, de TT van Assen, na opzien gebaard te hebben in de jaren daarvoor in het Amerikaans Superbike-kampioenschap. Schwantz had de beschikking over een verouderde Suzuki 500 van het Heron Suzuki Team, Suzuki hield zich in die jaren een tijdje opmerkelijk rustig binnen de Grand Prix-wereld. Schwantz liet zich echter direct goed van voren zien door in de eerste ronde op een zevende plaats te rijden tussen al dat fabrieksgeweld. In de tweede ronde zou Kevin echter ten val komen, iets wat misschien wel kenmerkend zou worden voor de eerste jaren van zijn GP-carriˆ¬re. Later dat jaar zou Schwantz nog twee keer tiende worden en daarmee 2 punten voor de wereldtitel behalen, ondanks het feit dat hij lang niet bij alle GPÕs aan de start verscheen dat seizoen.

In 1987 ging Suzuki het allemaal wat professioneler aanpakken. Gedurende de eerste GP van dat jaar in Japan werd de nieuwe fabrieks-Suzuki, de XR72, geˆøntroduceerd, daar nog zonder Schwantz als berijder van de machine. Later dat jaar zou Kevin een drietal races voor het WK met de Suzuki rijden. In Jerez liet Schwantz duidelijk van zich horen door de race te finishen op een vijfde plaats tussen een veld van vooral HondaÕs en YamahaÕs. De Suzuki uit 1987 beschikte over duidelijk minder vermogen dan de andere Japanse motoren en bovendien was Suzuki er niet ingeslaagd een grote sponsor aan zich te binden.

Daar zou in 1988 verandering in komen. Suzuki kwam aan de start met de snelle Pepsi Cola Suzuki RGV 500, een officieel fabrieksteam met als vaste rijders voor het hele seizoen Kevin Schwantz en Rob McElnea. Schwantz zou de revelatie worden van dat jaar door direct de eerste GP in Japan te winnen, tevens Kevin zijn eerste GP-overwinning. Dit zou het begin zijn van een lange samenwerking tussen het offici‘le Suzuki GP-team en Schwantz. In 1988 wist Schwantz ook de Grand-Prix van West-Duitsland te winnen en Kevin eindigde dat jaar als 8e in de eindstand.

Schwantz was de nieuwe ster aan het firmament en in 1989 wist hij voor hetzelfde team zelfs zes GPÕs te winnen. Hij eindigde daarmee slechts als vierde in de eindstand. Duidelijk werd dat de grens tussen winnen en verliezen bij Schwantz niet erg groot was. Naast vele overwinningen kon Schwantz het hoofd vaak moeilijk koel houden, wat resulteerde in menige valpartij. Constante rijders als Eddie Lawson en Wayne Rainey zouden dat afstraffen in de jaren 1989 tot en met 1992. Gezegd moet worden dat het in de jaren 1990 en 1991 al een stuk beter ging met het aantal crashes van Kevin. Op de (nu door Lucky Strike gesponsorde) Suzuki werd Schwantz in 1990 vice-wereldkampioen en eindigde hij in 1991 op een derde plek in de eindrangschikking. Mede door toedoen van andere coureurs kwam Kevin in 1992 opnieuw niet verder dan een vierde eindklassering.

De eerste GP van 1993 zou verreden worden op het circuit van Eastern Creek in Australi‘. Schwantz verscheen voor het zesde achtereenvolgende jaar voor het team van Suzuki aan de startstreep. Na een mindere start begint Kevin aan een opmars. Ronden lang raakt hij in gevecht met Wayne Rainey (opnieuw ŽŽn van de grotere concurrenten) en Doug Chandler. Uiteindelijk wint Schwantz de GP met een redelijke voorsprong op Rainey. In Maleisi‘ bij de tweede GP zijn de rollen echter omgedraaid. Rainey wint de race met overmacht en Kevin komt niet verder dan een derde plaats. Gedurende de laatste overzeese GP aan het begin van dat seizoen op Suzuka in Japan is Rainey andermaal de beste. Schwantz zit Rainey echter op de hielen en Kevin finisht dan ook vlak achter Rainey als tweede. Op Jerez in Spanje mag Schwantz weer op het hoogste plekje op het podium gaan staan, nadat teamgenoot Alex Barros in de race rijdend op een eerste plaats ten val kwam. Tussenstand voor het WK op dat moment: 1e Rainey met 90 punten, 2e Schwantz met 86 punten en 3e Beattie met 59 punten.

De vijfde GP van 1993 wordt verreden in Oostenrijk op de Salzburgring. De hele race heeft Kevin het zwaar aan de stok met Doohan en Barros, maar Kevin blijkt toch de snelste te zijn en wint. In Duitsland op de Hockenheimring is Kevin in gevecht verwikkeld met de snelle HondaÕs van Beattie en Itoh. Kevin slaagt erin achter Beattie tweede te worden. Op Assen blijkt Schwantz weer de beste van het hele gezelschap te zijn. De hele race is hij opnieuw aan het strijden met Doohan en Barros, maar Kevin is ze allemaal te snel af. Schwantz heeft ten opzichte van Rainey hiermee een sterk tweede deel van het seizoen gekend, zoals ook blijkt uit de tussenstand na zeven races: 1e Schwantz met 156 punten, 2e Rainey met 128 punten en 3e Beattie met 93 punten.

Na de TT van Assen trekt het GP-circus naar het circuit van Catalunya voor de GP van Europa. Rainey laat zien dat er nog steeds rekening met hem gehouden moet worden door de race te winnen voor Doohan en Schwantz. Tijdens de GP van San Marino op Mugello is er een gevecht gaande tussen Doohan en Kevin, wat Doohan in zijn voordeel weet te beslissen. Kevin wordt tweede. De GP van Groot Brittanni‘ wordt voor Kevin een race om snel te vergeten. In de eerste ronde rijdt Doohan achter tegen Barros op, die samen in hun val Schwantz meenemen. Kevin rolt met een salto van zijn machine af en houdt aan de val een lelijke blessure over. Rainey wordt in die race tweede, nadat hem het leven behoorlijk zuur is gemaakt door uitgerekend zijn eigen teamgenoot Luca Cadalora, die de race wint. In Brno in Tsjechi‘ heeft Schwantz nog steeds last van zijn kwetsuur en komt hij niet verder dan een vijfde plaats. Rainey weet dit keer wel optimaal van de situatie te profiteren en wint de race. Rainey heeft keihard teruggeslagen in het derde deel van het seizoen en staat weer bovenaan in de tussenstand: 1e Rainey met 214 punten, 2e Schwantz met 203 punten en 3e Doohan met 136 punten.

Met enkel drie races te gaan kunnen alleen Rainey en Schwantz nog wereldkampioen worden. Tijdens de GP van Itali‘ op Misano komt er echter direct al een einde aan de titelaspiraties van Rainey. Wayne komt hard ten val en raakt gedeeltelijk verlamd. Hij zal nooit meer op een motorfiets plaats kunnen nemen. Door die race als derde te eindigen is Schwantz in de stand voor niemand meer te achterhalen. Overschaduwd door de zware crash van Rainey sleept Schwantz twee races voor het eind de titel in de wacht. John Kocinski mag vervolgens zijn thuis-Grand Prix op Laguna Sega in de Verenigde Staten winnen en Kevin finisht de race als vierde. De laatste race, zogenaamd de GP van de FIM, op Jarama is voor Alex Barros. Schwantz weet het seizoen daar te be‘indigen met een derde plaats. De eindstand in de 500cc wordt daardoor: 1e Schwantz met 248 punten, 2e Rainey met 214 punten en 3e Beattie met 176 punten.

Door dat jaar de wereldtitel binnen te halen met 11 podiumplaatsen uit 14 starts, waaronder 4 overwinningen, en slechts 1 no-finish is Schwantz zelf definitief gaan behoren tot het rijtje van constante rijders met mannen als Lawson en Rainey.

In 1994 zou Kevin proberen zijn titel te prolongeren, opnieuw op Suzuki. Kevin was zelfs bereid het nummer 34, zijn vaste nummer op de kuip vanaf het begin van zijn racecarriˆ¬re, te vervangen voor de nummer 1-plaat. Kevin zou dat jaar echter veel tegenslag krijgen en voor de derde keer in zijn carriˆ¬re eindigde hij op de nietszeggende vierde plaats in de eindstand. In 1995 wil Kevin het leed van het jaar daarvoor doen vergeten en de titel opnieuw voor Suzuki winnen, maar aan die hoop maakt Kevin zelf al vrij snel een einde. Na zowel in Australi‘, Maleisi‘, als Japan niet op het podium te zijn ge‘indigd, geeft Schwantz er de brui aan. Met de (symbolische) 34 punten voor de WK-stand op dat moment be‘indigt Kevin Schwantz zijn actieve wegracecarriˆ¬re.

Asse Klein