Na twee drukke race weekeinde hier dan eindelijk het verslag. Zo goed als het ging in Hengelo zo dramatisch verliep het afgelopen weekeinde op Assen. Hengelo was voor ons een speciaal weekeinde, de reguliere wedstrijd voor de Dutch Super Bikes maar ook de eerste twee wedstrijden uit de Drie Landen Cup stonden op het programma. Al met al een zeer druk weekeinde met drie wedstrijden, vijf trainingen en twee keer een warming-up. Volle bak dus voor mij als rijder maar ook zeker voor mijn team.
Mooi was het dat het eigenlijk heel goed ging, ik reed voor beide competities ongeveer dezelfde tijden en wist mijn persoonlijke record tijdens de trainingen op de Varsselring terug te brengen naar een 1:53,7 (vorig jaar was dat 1:55,2). Progressie zat er dus in en dat stemde tot tevredenheid. Tijdens de races reed ik nog sneller, met een 1:52,3 reed ik dus bijna drie seconden sneller dan vorig jaar. De resultaten stemden ons ook tevreden, bij de Dutch Super Bikes net buiten de punten maar met de Drie Landen Cup doe ik met een zevende plek tijdens de eerste en een vierde plek tijdens de tweede wedstrijd leuk mee.
Na verschillende wedstrijden op stratencircuits besloten we de vrijdag voor het raceweekeinde op Assen wat extra te rijden. Vol goede moed vertrokken we op vrijdagmorgen om ‘smiddags een aantal trainingssessies te doen, in de alle eerste ronde over het circuit merkte ik echter meteen dat de motor niet functioneerde zoals het hoort. Na verschillende onderzoeken in de Pits kwamen we tot de ontdekking dat de CDI unit van de motor (het brein) de geest had gegeven en dat deze trainingsdag voorbij was. Gelukkig had Mile Pajic er nog één liggen dus vol gas naar de achterhoek om de unit te halen en ‘savonds nog in te bouwen. Het blok liep meteen weer goed dus we hadden goede hoop voor de zaterdag trainingen.
De tijdtrainingen op zaterdag verliepen zeer teleurstellend, ik kreeg tijdens de eerste sessie de motor gewoon niet aan het sturen, remmen en gas geven … het leek wel alsof ik met een lekke achterband reed. Samen met de veerspecialist hebben we geprobeerd de boel weer op orde te krijgen want een tweeendertigste tijd na de eerste training was zeker niet mijn plek. Zelfs als je bedenkt dat de ander allemaal wel hadden kunnen trainen dan nog hoorde ik verder naar voren te staan. De tweede training gingen we met opgeheven hoofd van start, nooit de moed laten zakken is één van mijn lijfspreuken … het was echter dramatisch.
Na de training hebben we de vering los gehaald en wat aanpassingen gedaan. We hadden zondagmorgen alleen de warm-up (dus tien minuten) om te kijken of alles weer goed was. Het zag er allemaal goed uit, we reden meteen al sneller dan tijdens de trainingen. Als vierentwintigste sloot ik de warm-up af en dat gaf toch wel een fijn en veilig gevoel. De start vanaf een vijfendertigste plaats was redelijk, ik kwam op stoom en kon verschillende mensen passeren. Voor de rest kan ik het kort houden, de motor was bar slecht en gaf totaal geen vertrouwen. Toen ik met meer dan tweehonderd kilometer per uur een angstig moment beleefde en totaal de controle over de motor kwijt was vond ik het genoeg, racen is leuk maar er is meer … ik schakelde over in de overlevingsstand en eindigde de wedstrijd als zesentwintigste … zwaar teleurgesteld maar in ieder geval zonder schade. De motor is ondertussen weggebracht en word helemaal uit elkaar gehaald om te kijken wat er aan de hand is. Het weekeinde van 14 en 15 juli zijn we weer op Assen want opgeven dat staat niet in ons woordenboek!
Voor het laatste nieuws klik je naar www.bosch-racing.nl