Wie kent hem nog, Egbert Streuer? Twee maal won hij de TT van Assen, eerst met Bernhard Schnieders en later met Peter Brown in de bak. Het waren gouden tijden voor de Nederlandse zijspansport en het publiek bleef tot het laatst zitten om maar niets van dit schouwspel te hoeven missen.
Hoe anders is het nu. De zijspannen vallen niet meer onder de GP, bekende namen ontbreken en het lijkt of we de zijspannen een beetje uit het oog verloren zijn geraakt terwijl ze toch wel duidelijk aanwezig zijn.
Maar sinds twee jaar horen we de naam Streuer weer regelmatig door de luidsprekers galmen op nationale en internationale circuits alleen is nu de voornaam anders, namelijk Bennie. Hij is de zoon van Egbert en heeft de liefde voor de zijspannen letterlijk met de paplepel ingegoten gekregen.
Is deze jonge gedreven Bennie in staat om de zijspannen weer bekendheid te geven bij het publiek en zullen wij straks weer het Wilhelmus over de Drentse heide horen klinken?
Om een antwoord te krijgen op deze vragen togen we naar Grolloo om Bennie Streuer samen met zijn bakkenist Kees Endeveld aan het woord te laten!
Als we ‘s avonds in Grolloo de werkplaats van Bennie en Kees gevonden hebben brandt daar nog volop licht en zijn de heren nog druk aan het werk. De LCR is nog lang niet klaar en men is bezig een nieuwe bodemplaat voor de LCR te maken. Terwijl Kees voor ons koffie inschenkt gaat Bennie door met het werk en vertelt ondertussen dat er nog veel gebeuren moet aan de LCR.
Er is namelijk een nieuw (ander) blok gekocht van Tim Reeves. Een blok waar even iets meer vermogen in zit dan wat ze tot nu toe hadden. Reden ze de eerste twee jaar nog met een Yamaha blok met iets meer dan 140pk aan het achterwiel, nu hebben ze beslag weten te leggen op een Suzuki blok met ruim 190 pk aan het achterwiel en wat nog belangrijker is er is veel meer koppel onderin, vult Bennie aan.
De heren zelf maken nog steeds progressie en samen met deze vermogenswinst denken beide heren een slordige drie seconden per ronde sneller te gaan dan vorig jaar en om te zorgen dat dit vermogen ook goed terecht komt is er niets aan het toeval overgelaten en is de complete wiel en motorophanging van de LCR vernieuwd.
Alles ziet er, ondanks dat het nog niet is opgebouwd, zeer verzorgd uit. De werkplaats is netjes, de onderdelen liggen keurig verzorgd op de schap en er hangt een heerlijke polyestergeur want Bennie is nog steeds met de bodemplaat bezig.
Bennie’s favoriete baan is Assen terwijl Kees zijn voorkeur uitgaat naar de prachtige asfalt slinger in het Belgische Spa Francorchamps. Hun eerste race dit jaar wordt gereden in Engeland op het korte Brands Hatch. Een circuit waar heel wat Engelse rijders de eerste kneepjes van het racen hebben geleerd zoals Phil Read en Barry Sheene.
Bennie vertelde vervolgens dat hij de eerste dagen na zijn eerste training / wedstrijd van het jaar krom loopt van de pijn. Zijn spieren doen dan pijn en om te proberen om dit vanaf nu te voorkomen hebben de heren zelf een apparaat ontwikkelt. Een apparaat waarmee de anders zo weinig gebruikte spieren mee getraind kunnen worden.
Het belangrijkste doel wat beide heren dit jaar voor ogen hebben is het winnen van het Nederlands kampioenschap en beiden verwachten ze hierin de meeste tegenstand van Jan Bever en Hug Bertrand. Overtuigend kijkend zeggen ze: "met onze progressie en het nieuwe blok moet het mogelijk zijn." Aan zelfvertrouwen is dus geen gebrek, een goede eigenschap die nodig is zonder overmoedig te zijn maar wel heel overtuigend!
Wat er naast het NK gereden wordt is volgens Bennie nog niet helemaal duidelijk: "We willen daarnaast zoveel mogelijk internationaal op echte circuits rijden, want daar gaat ons beider voorkeur naar uit, om zoveel mogelijk ervaring op te doen. Tenslotte is het ons doel om ooit Wereldkampioen te worden!"
Overtuigende woorden die met een vastberaden blik in hun ogen worden geuit!
International sidecar-competetors, watch out, a new Streuer is coming up!