Het gloriejaar voor de Nederlandse wegracesport

444

In de jaren Õ70 van de twintigste eeuw vierde de Nederlandse motorsport haar hoogtijdagen. De wereldtitels van Jan de Vries en Henk van Kessel in de 50cc getuigen hiervan. Na 1975 begonnen de Nederlanders echter ook de aansluiting te vinden met de toppers in de 500cc klasse, de koningsklasse met de meeste media-aandacht. Het waren Wil Hartog, Boet van Dulmen en Jack Middelburg, die Nederland definitief op de mondiale motorkaart neerzetten. De drie coureurs van eigen bodem zouden samen de meeste successen behalen in de 500cc in het jaar 1979, het gloriejaar van de Nederlandse wegracesport.

Boet van Dulmen op weg naar de winst in Finland
(Bron: http://home.planet.nl/~dijk7262/)

Voor aanvang van het seizoen 1979 heeft van de drie Nederlandse coureurs, ÔDe Grote DrieÕ, Wil Hartog de meeste ervaring opgedaan in de 500cc. Hartog pakt zijn eerste punten voor het WK 500cc in 1973 tijdens de Dutch TT. Vier jaar later zou hij de Nederlandse Grand Prix op zijn naam schrijven, voor Wil tevens zijn eerste GP-overwinning. In 1978 rijdt ÔDe Witte ReusÕ voor het eerst een volledig GP-seizoen en wint dat jaar nog eens twee GPÕs. Hartog heeft zich daarmee reeds bewezen als een topper in de koningsklasse. Datzelfde geldt nog niet echt voor Boet van Dulmen, die zijn eerste 500cc WK punten pakt in 1976 met als beste prestatie een zesde plaats in een 500cc Grand Prix en een 13e plaats in de eindstand voor ÔDen BoetÕ in 1978. Jack Middelburg is duidelijk de man met de minste ervaring van de drie. In de paar WK 500cc wedstrijden die Middelburg tot dan toe gereden heeft, is hij er nog niet in geslaagd punten voor het WK te pakken. Het jaar 1979 wordt voor ÔJumping JackÕ het eerste jaar dat hij een volledig seizoen in de zwaarste GP-klasse zal rijden. Middelburg zal zich, samen met Van Dulmen, moeten gaan bewijzen in het veld van de grote toppers.







Naast ÔDe Grote DrieÕ zal ook Henk de Vries een aantal wedstrijden meerijden voor het wereldkampioenschap in de 500cc in 1979.

Alle Nederlandse coureurs worden voor het seizoen 1979 in hun materiaal voorzien door Suzuki met de RG 500, een machine die het merendeel van de coureurs dat jaar zal besturen. Hartog heeft als enige van de Nederlanders de beschikking over officieel fabrieksmateriaal, mede dankzij zijn goede presteren in 1978. Van Dulmen en Middelburg daarentegen hebben de beschikking over een productieracer: een Suzuki die een stuk zwaarder is, voorzien is van standaard spullen en minder pkÕs heeft. Een aanzienlijke achterstand voor de twee mannen, waardoor het moeilijker wordt de aansluiting met toppers op fabrieksmateriaal als Roberts, Sheene, Ferrari, Uncini, Herron, Cecotto, Sarron en ook Hartog te kunnen vinden.

De eerste GP van 1979 wordt verreden op het circuit van San Carlos in Venezuela. Vanwege de hoge kosten die aan de reis naar Zuid-Amerika verbonden zijn en de slechte financi‘le voorwaarden, blijft een groot aantal privŽ-rijders thuis, zo ook Van Dulmen en Middelburg. Wil Hartog slaagt er in zijn eentje ook niet in de eer voor Nederland hoog te houden. Na vanaf de start aan kop te hebben gereden, komt Wil ten val en moet hij zonder punten terugkeren naar Europa.

De eerste GP op het Europese continent is die van Oostenrijk op de Salzburgring. Het noodlot slaat voor Den Boet direct al toe in de opwarmronde als de inlaatschijf het begeeft. Hartog moet de snellere Roberts en Ferrari tijdens de race laten gaan en neemt genoegen met een derde plaats. Jack Middelburg eindigt op een 15e plaats en moet nog even wachten op zijn eerste WK-punten. Tijdens de GP van Duitsland op de Hockenheimring is Hartog echter oppermachtig. Van start tot finish leidt hij de race en wint hij met een ruime voorsprong de wedstrijd. Ook Van Dulmen en Middelburg laten zich goed van voren zien. Jack wordt knap zevende, terwijl Boet opnieuw in aanraking komt met de pechduivel.

Van Hockenheim gaat de reis naar Imola voor de Italiaanse GP. Middelburg presteert van de drie Nederlandse coureurs het beste, opnieuw met een zevende plaats. Hartog kan net zoals in Venezuela het hoofd niet koel houden en gaat onderuit, terwijl Van Dulmen andermaal uitvalt door pech na zich samen met Middelburg opnieuw goed van voren te hebben laten gezien. De GP van Spanje op Jarama zal zorgen voor de tot dan toe beste resultaten van de Nederlanders. Gedurende de gehele wedstrijd is Hartog in een fel duel om de eerste plaats verwikkeld met Roberts. De twee passeren elkaar om de haverklap. Uiteindelijk moet Hartog wat lossen ten opzichte van Roberts vanwege een zere arm, maar Wil is zeer gelukkig met de tweede plaats. Van Dulmen en Middelburg gaan samen weer het gevecht aan met de fabrieksrijders en dit keer voor geen van beide zonder succes. Boet pakt zijn eerste punten met een knappe zesde plaats, terwijl Jack voor de derde keer in successie de zevende plaats in de wacht sleept.

Na de GP van Spanje vertrekt het GP-circus richting Rijeka voor de Joegoslavische Grand Prix. Middelburg zorgt voor een sensatie door direct na de start de leiding te nemen. De machine van Jumping Jack laat hem echter in de steek en Middelburg moet de race vroegtijdig staken. Na een tijdje aan de leiding te hebben gereden, valt Hartog door stuurproblemen langzaam terug en raakt op een gegeven moment in gevecht om de derde plaats met de ijzersterk rijdende Van Dulmen en Uncini. De Italiaan blijkt uiteindelijk te snel te zijn voor de twee Nederlanders en pakt de derde plaats. Hartog weet met veel moeite het gevecht om de vierde plaats van Van Dulmen te winnen die knap vijfde wordt.

Op de laatste zaterdag van juni is het weer tijd voor de Dutch TT en de drie Nederlanders zijn vastbesloten goed te presteren voor eigen publiek. Opnieuw weet Hartog optimaal te profiteren van zijn startkwaliteiten en pakt drie ronden lang de leiding, maar valt daarna al snel weer terug. Boet van Dulmen slaagt erin de derde plaats in handen te nemen voor Hartog en vijfde man Middelburg. Jack zakt echter iets terug en finisht de race voor de vierde keer dat jaar als zevende. Hartog weet Van Dulmen net zoals in Joegoslavi‘ in een fel duel te verslaan en samen worden de twee vaderlandse helden derde en vierde tijdens hun thuiswedstrijd. Tijdens de daaropvolgende GP in Belgi‘ verschijnt de gehele wereldtop in de 500cc niet aan de start. Gedurende de trainingen op vrijdag is gebleken, dat het nieuwe asfalt zo glad is dat de toppers het risico niet durven te nemen om hierop een bikkelhard gevecht aan te gaan. Enige Nederlander die wel aan de start verschijnt, is Henk De Vries. De man uit Lelystad weet optimaal te profiteren van het ontbreken van de wereldtop en stuurt zijn Suzuki naar een nette vijfde plaats en pakt hiermee zes punten voor het WK.

Na het debacle van Belgi‘ staan de twee Scandinavische GPÕs in Zweden en Finland op het programma, die zeer succesvol blijken te zijn voor de twee privŽ-rijders van eigen bodem. Op het circuit van Karlskoga zorgen Jumping Jack en Den Boet voor een unieke prestatie in de geschiedenis van de Nederlandse wegracesport. Na in de race een aantal ronden achter Philippe Coulon te hebben gezeten, neemt Hartog de leiding in de wedstrijd over, maar al vrij snel breekt bij Wil een kettingspanner en komt de Noord-Hollander ten val. Middelburg en Van Dulmen hebben inmiddels de tweede en de derde plaats in handen. Het duel tussen de beide Nederlanders zal tot de laatste ronde van de race blijven duren. Jack weet de tweede plek vast te houden voor Boet die derde wordt. Samen mogen de twee het podium bestijgen, de eerste keer dat twee Nederlanders tegelijk op een 500cc-podium mogen staan.

Boet van Dulmen voelt zich duidelijk op zijn gemak op de stratencircuits in het noorden van Europa. Van Dulmen pakt tijdens de Finse GP op Imatra direct kopstart en geeft de leiding de hele race niet meer uit handen. Boet dicteert de race en geeft de hele wereldtop les in het rijden op stratencircuits. De serieuze Van Dulmen wint de race dan ook. Middelburg rijdt net zoals in Zweden weer erg sterk en wordt vierde, terwijl Hartog opnieuw niet goed uit de verf komt en tiende wordt en slechts ŽŽn WK-puntje verdient. De ÔnieuwelingenÕ in de 500cc hebben in Scandinavi‘ laten zien definitief tot de allergrootsten te behoren.

Van Finland gaat de reis richting het zuiden naar Engeland voor de races op het circuit van Silverstone. Middelburg komt tijdens de trainingen hard ten val en verschijnt gedurende de rest van het seizoen niet meer aan de start van een WK-race. Wil Hartog leidt opnieuw lange tijd de race, maar moet uiteindelijk toch zijn meerdere erkennen in Roberts en Sheene. Hartog wordt derde, wat tevens de laatste podiumplaats voor de Neder
landers in de 500cc dat seizoen zou blijken te zijn. Boet van Dulmen slaagt er wederom in een groot aantal toppers achter zich te houden en wordt knap vijfde. Bij de GP van Tsjecho-Slowakije verschijnt de 500cc klasse niet aan de start en staat voor de mannen alleen nog de GP van Frankrijk in Le Mans op het programma. Het seizoen eindigt voor de Nederlanders zoals het begonnen is: puntloos. Aanvankelijk leiden Hartog en Van Dulmen samen de race, maar in de tweede ronde moet Boet de machine al aan de kant zetten. Even later doet Hartog hetzelfde.

Na afloop van de GP van Frankrijk kan voor de Nederlanders de eindbalans opgemaakt worden. Hartog eindigt net als in 1978 als vierde in de eindstand met 66 punten. Ondanks zijn vijf podiumplaatsen is Hartog geen echte bedreiging geweest voor de titel, wat vooral veroorzaakt werd door zijn onregelmatige presteren. Van Dulmen eindigt als zesde in de stand met 50 punten en Middelburg volgt op een zevende plaats met 36 punten, een prestatie die beide coureurs in 1981 nog een keer zouden herhalen. Samen hebben de drie Nederlanders voor 8 podiumplaatsen gezorgd; 2 overwinningen, 2 tweede plaatsen en 4 derde plaatsen. In totaal zijn, in samenwerking met Henk de Vries, 158 punten voor het wereldkampioenschap vergaard, een onge‘venaarde prestatie.

Tot op dag van vandaag is 1979 het enige seizoen geweest, waarin drie Nederlanders eindigden bij de beste tien in de stand van het 500cc wereldkampioenschap. Twee overwinningen in ŽŽn jaar in de koningsklasse was een evenaring van het aantal van 1978 en zou in 1980 nogmaals behaald worden. Echter het behalen van 8 podiumplaatsen in ŽŽn jaar blijft een unieke prestatie en is heden ten dage nog steeds het record. Kortom: 1979 is het gloriejaar van de Nederlandse wegracesport.

tekst: Asse Klein