Andrea Dovizioso moet, net als collega MotoGP nieuwkomer Jorge Lorenzo, wennen aan de machine waarmee hij in de koningsklasse zal rijden en deed dat op de tweede testdag in Sepang.
De Italiaan, tweevoudige vice kampioen in de 250cc klasse, heeft bij de overstap naar de viertakt machines dezelfde knelpunten als zijn rivaal; namelijk het remmen op de motor en het insturen van bochten.
"Het was weer een goede dag voor ons. Ook nu heb ik kunnen wennen aan de Honda RC212V. We beginnen elkaar steeds beter te leren kennen maar het blijft lastig om me aan te passen na het rijden op een 250ccmachine,"
legde de Italiaan uit nadat hij snelste rondetijd van 2’02.591 had weten te noteren.
"Het remmen op de motor is het grootste probleem – je hebt dat probleem juist op een viertakt 800cc motor, op een tweetakt 250cc is dat heel anders! Dit heeft effect op het insturen, ik voel me midden in de bocht echter wel snel. Het komt allemaal wel."
De verandering qua insturen mag Dovizioso dan met wat problemen opgezadeld hebben, de geavanceerde elektronica vindt de JiR Team Scot rijder een welkome aanwinst in de rest van de bocht.
"Het team en ik zullen vanavond naar de data kijken om te zien waar ik nog wat tijd goed kan maken en zo mijn prestaties kan verbeteren. Het midden en het uitkomen is dankzij de elektronica makkelijker op een MotoGP dan op een 250. Het gevoel in de voorkant is verbeterd dankzij wat aanpassingen en na wat nieuwe Michelin voorbanden getest te hebben en dat is erg belangrijk,"
sloot de MotoGP nieuwkomer af.
