Tijdens de jaren ’60 van de vorige eeuw behaalde de renstal van Honda de ene na de andere wereldtitel in de 125-, de 250- en de 350cc klasse met coureurs als Mike Hailwood, Jim Redman en Luigi Taveri. Bij de halveliters zou Honda in diezelfde periode het kampioenschap echter nooit weten te pakken en ook in de 50cc klasse was het vooral Suzuki dat met de eer ging strijken. Desondanks was het in 1965 de Noord-Ier Ralph Bryans die eenmalig voor Honda in de zogenaamde ‘borrelglas-klasse’ met de titel aan de haal ging.
De 50cc klasse doet in 1962 zijn intrede in het wereldkampioenschap wegrace en direct al vanaf het begin is het een strijd tussen de renstallen van Suzuki en Honda, waarbij aanvankelijk ook een belangrijke rol is weggelegd voor de renstal van Kreidler. In de eerste drie jaren zijn het de Duitser Ernst Degner (1962) en de Nieuw-Zeelander Hugh Anderson (1963 en 1964) die voor Suzuki de titel binnenhalen in de lichtste categorie van dat moment.
In de tussentijd hebben we Ralph Bryans reeds aan het eind van het seizoen 1963 voor de eerste keer teruggezien in de eindstand voor het wereldkampioenschap wegrace. Aan boord van een Norton weet hij dat jaar tijdens zijn thuisrace, de Ulster GP, dankzij een vijfde plek in de 500cc-race een tweetal punten te pakken, nadat hij in 1962 ook al actief is geweest in het wereldkampioenschap wegrace met een Norton in zowel de 350- als de 500cc klasse, zonder daarbij nog punten te hebben gescoord. Daarnaast heeft Bryans in datzelfde 1963 tevens aan het vertrek gestaan bij de 125cc’s met een Honda, maar ook in deze categorie weet hij op dat moment nog geen punten te pakken.
Vanaf 1964 staat Bryans vervolgens zowel in de 50-, de 125- als de 250cc klasse aan het vertrek als officiële fabrieksrijder voor het team van Honda. Bij de 50cc’s weet hij dat jaar onder andere drie GP’s te winnen en wordt hij uiteindelijk vice-wereldkampioen, achter de Suzuki van Anderson en mede dankzij het hanteren van de schrapresultaten, waardoor hij in de netto-eindstand meer punten overhoudt dan Kreidler-rijder Hans-Georg Anscheidt en Suzuki-coureur Isao Morishita die over het gehele seizoen wel meer punten hebben gescoord dan Bryans. In de 125- en de 250cc klasse speelt Bryans in datzelfde 1964 overigens een minder belangrijke rol.
Dan breekt het seizoen 1965 aan, waarbij dat jaar Bryans’ voornaamste doel is om met de Honda de wereldtitel in de 50cc klasse te pakken om daarmee tevens een einde te maken aan het succesverhaal van Suzuki. Uiteindelijk doen dat jaar in diezelfde categorie drie heren nauwelijks iets voor elkaar onder; de Honda’s van Bryans en de Zwitser Luigi Taveri en de Suzuki van regerend-kampioen Anderson. Na acht GP’s verreden te hebben, heeft Taveri uiteindelijk 39 punten bij elkaar gereden, Bryans 38 en Anderson 37. Dan moeten echter opnieuw de schrapresultaten nog gehanteerd worden, wat er voor zorgt dat Bryans uiteindelijk uitkomt op een netto-totaal van 36 punten, terwijl Taveri en Anderson op hun beurt beide blijven steken op 32 punten. Het is daarmee Bryans die dat jaar wereldkampioen wordt bij de 50cc’s en die daarmee voor het eerst in deze categorie de titel voor de renstal van Honda grijpt. Bij de achtste- en de kwartliters is in 1965 echter andermaal een wat bescheidenere rol weggelegd voor Bryans aan boord van de Honda.
In 1966 staat Bryans opnieuw aan het vertrek bij de 50cc’s in een poging zijn wereldtitel te prolongeren. Dat jaar zijn andermaal drie rijders zeer aan elkaar gewaagd in de vorm van de Honda’s van Bryans en Taveri en de Suzuki van Anscheidt. Anscheidt scoort dat jaar 31 punten, tegenover 30 en 29 punten voor respectievelijk Bryans en Taveri. De schrapresultaten die daarna opnieuw weer gehanteerd worden, brengen dat jaar echter geen veranderingen in de onderlinge volgorde aan, waarmee Bryans zich net als in 1964 tevreden moet stellen met het vice-wereldkampioenschap, terwijl hij bij de achtsteliters in 1966 een derde plek pakt in de eindrangschkking.
De renstal van Honda vinden we vervolgens vanaf 1967 niet meer terug in het WK 50cc en het is Anscheidt die ook in 1967 en 1968 aan boord van een Suzuki de titel weet te pakken in deze lichtste klasse.
Bryans zien we in datzelfde 1967 voor de renstal van Honda aan het vertrek staan in de 250- en de 350cc klasse, nadat de Japanse fabrikant zich, naast de 50cc klasse, ook heeft teruggetrokken uit de 125cc klasse. Bij de kwartliters gaat het dat jaar tussen een viertal rijders; de Honda’s van Bryans en Mike Hailwood en de Yamaha’s van Phil Read en Bill Ivy. Aan het eind van de rit heeft Bryans, mede dankzij twee overwinningen, de meeste punten van allemaal bij elkaar gereden met een totaal van 58, gevolgd door Read met 56, Hailwood met 54 en Ivy met 51. Ditmaal werken de schrapresultaten echter niet in het voordeel van Bryans en wordt hij uiteindelijk slechts vierde in de eindstand, achter wereldkampioen Hailwood, Read en Ivy.
Bij de 350cc’s eindigt Bryans in 1967 met zijn Honda op een derde plek in de eindstand. Ook in deze categorie wint hij dat jaar één race, waarmee uiteindelijk ook Bryans komt te behoren tot het niet al te lange rijtje met rijders die in maar liefst drie (of meer) verschillende klassen GP’s hebben weten te winnen, maar het verschil met zijn stalgenoot Hailwood en de MV Agusta van Giacomo Agostini op de eerste twee plekken in de eindrangschikking is aan het eind van het seizoen wel behoorlijk groot.
Vanaf 1968 trekt de renstal van Honda zich geheel terug uit het wereldkampioenschap wegrace, waarmee gelijk ook een einde komt aan de GP-carrière van Bryans die nog wel onder contract blijft staan bij Honda, maar die niet meer aan wedstrijden voor het wereldkampioenschap zal deelnemen. Desondanks was het wel Bryans die in 1965 de enige rijderstitel in de geschiedenis van de Honda-renstal bij de 50cc’s in de wacht wist te slepen.
Erelijst van Ralph Bryans:
10 overwinningen
1 wereldtitel
1962:
350cc: geen overwinningen, geen klassering in de eindstand
500cc: geen overwinningen, geen klassering in de eindstand
1963:
125cc: geen overwinningen, geen klassering in de eindstand
500cc: geen overwinningen, 14e in de eindstand
1964:
50cc: drie overwinningen, 2e in de eindstand
125cc: geen overwinningen, 5e in de eindstand
250cc: geen overwinningen, 14e in de eindstand
1965:
50cc: drie overwinningen, 1e in de eindstand
125cc: geen overwinningen, 8e in de eindstand
250cc: geen overwinningen, 13e in de eindstand
1966:
50cc: één overwinning, 2e in de eindstand
125cc: geen overwinningen, 3e in de eindstand
1967:
250cc: twee overwinningen, 4e in de eindstand
350cc: één overwinning, 3e in de eindstand
Bron foto: www.mcvpo.honda-eu.com