WSBK: Corser over zijn eerste race op de nieuwe BMW S 1000 RR

40

Troy Corser maakte het afgelopen weekend op Phillip Island zijn wedstrijd debuut met de nieuwe BMW S 1000 RR.  De Australiër wist tijdens de eerste World Superbike manche, ondanks de zeventiende plaats op de startgrid, een meer dan verdienstelijke achtste plaats in de wacht te slepen. Tijdens de tweede manche gooiden bandenproblemen roet in het eten voor opnieuw een goede prestatie.

Corser, die bekend staat als een zeer ervaren ontwikkelingscoureur, wist tijdens de tweede kwalificatie training een uitstekende  vijfde tijd te laten noteren en dat was veelbelovend voor de vernieuwde Superpole kwalificatie waarin de uiteindelijke startposities bepaald worden.







Helaas voor Corser en zijn nieuwe BMW Motorrad Motorsport team verliep de Superpole kwalificatie niet geheel naar wens en was een goede uitgangspositie voor de race verkeken. Ondanks deze plaats op de grid lukte het Corser met de BMW S 1000RR in de allereerste World Superbike manche voor de Duitse motorenfabrikant een achtste plaats in de wacht te slepen.

"Dat was me wel een dag met pieken en dalen zeg, maar laten we positief beginnen met mijn achtste positie in de eerste race. Ik had een goede start en ik heb mijzelf vastgebeten in de wedstrijd, het is misschien wel een van de zwaarste wedstrijden uit mijn leven geweest, maar ik was vastbesloten om alles te geven wat ik had. Ik denk dat we hebben laten zien dat de BMW S 1000 RR veel potentie heeft en ik ben er van overtuigd dat er nog meer uit te halen zal zijn de komende tijd.
Ik heb het al vaker gezegd, het team heeft geweldig werk gedaan om de machine te krijgen op het punt waar we nu staan, en dit al op dit vroege moment in het seizoen. Natuurlijk is er nog veel werk te doen maar de basis is goed en ik verwacht nog veel van de verdere doorontwikkeling. Het was alleen heel jammer dat ik moest starten vanaf de vijfde startrij en dat ik mij dus eerst door het veld moest werken. Als ik verder naar voren had mogen starten dan had er vast en zeker nog meer in gezeten.

Wat betreft de tweede race, het is misschien beter om daar weinig over te zeggen. De banden waren na de eerste ronde al zo’n beetje versleten en vanaf dat moment was het een kwestie van het maximale eruit proberen te halen zonder te vallen. Ik weet niet wat de oorzaak was, eigenlijk was het dezelfde motor met dezelfde afstelling maar met de banden liep het totaal anders. Ik had naar binnen kunnen gaan (en misschien had ik dat ook moeten doen!) maar ik wilde heel graag de wedstrijd uitrijden om data voor de jongens te verzamelen, en dat heb ik ook gedaan. Ik had in de laatste ronde van de wedstrijd nog een ‘moment’, ik werd uit het zadel geworpen, vloog al het ware in de lucht, maar ik kwam weer precies goed op de machine terecht. Ik weet nog steeds niet helemaal waar ik het aan te danken heb dat ik niet ben gevallen maar dat schrijf ik dan maar toe aan het geluk dat je soms moet hebben en ik zal er maar niet meer te lang over nadenken.
Ik ben tevreden over de motor, ik weet dat we veel potentie hebben, we zullen hard blijven werken en dan weet ik zeker dat de resultaten gaan komen."