Wereldkampioen in zowel de 125-, de 250- als de 500cc klasse

285

Phil Read stond bekend als een zeer veelzijdig coureur. Gedurende zijn carriˆ¬re heeft hij bijna in alle soloklassen aan het vertrek gestaan, waarbij hij zowel in actie kwam op tweetakt- als op viertakt-motoren. Zijn eerste successen boekte hij begin jaren Õ60 aan boord van de Engelse Norton om vervolgens de overstap te maken naar Yamaha, waarvoor hij meerdere wereldtitels binnenhaalde. Gedurende de eerste helft van de jaren Õ70 was Read vervolgens vaste fabriekscoureur voor MV, waar hij ook zeer succesvol was, om uiteindelijk zijn loopbaan in 1976 af te sluiten bij het team van Suzuki.

Reeds in het jaar 1961 kunnen we Phil Read al terugvinden in de eindstanden voor het wereldkampioenschap en wel meteen in meerdere klassen. Het meest succesvol is Read dat seizoen in de 350cc klasse aan boord van zijn Norton. Tijdens de TT op het eiland Man boekt hij zijn eerste GP-zege door de 350cc-race op zijn naam te schrijven. Later dat seizoen finisht Read in deze klasse in Nederland op een vijfde plek en in Ierland legt hij beslag op een vierde plaats. Aan het eind van het jaar zijn deze drie klasseringen goed voor een vierde positie in de eindstand.
Ook in de eindstanden van het WK 125cc en het WK 500cc kunnen we Read aan het eind van het seizoen terugvinden. Zowel bij de achtsteliters (op EMC) als bij de halveliters (ook op Norton) finisht Phil als vierde tijdens de Dutch TT. Bij de 125ccÕs is dit resultaat goed voor een twaalfde plaats in de eindrangschikking, terwijl hij bij de 500ccÕs hiermee niet verder komt dan een vijftiende plek in de eindstand.







In 1962 rijdt Read zich opnieuw in meerdere klassen een aantal keren in de punten. Hij doet dat bij de 350- en 500ccÕs, in beide klassen aan boord van een Norton. In de 350cc klasse komt Read niet verder dan ŽŽn keer een zesde plaats, opnieuw in Assen, en een veertiende plek in de eindstand, terwijl hij bij de halveliters twee maal derde wordt (in Assen en in Ierland) en tevens pakt hij hier ŽŽn keer een vierde plek. Deze resultaten bij elkaar zijn meteen goed voor een derde plek in de eindstand, zij het ver achter de MV Agusta van Mike Hailwood en de Matchless van Alan Shepherd.

Het jaar daarop, 1963, komt Read eerst bij de nieuwe Duke-renstal terecht, die gebruik maakt van GileraÕs, die reeds een stuk ouder zijn. Het zijn namelijk de motoren uit 1957 (het laatste seizoen van Gilera, voordat de stal zich aan het eind van dat jaar terugtrok uit de GPÕs), waarmee mannen als Libero Liberati, Bob McIntyre en Geoff Duke zelf furore hadden gemaakt. Read fungeert als tijdelijke vervanger voor Derek Minter, die reeds in het voorseizoen ten val was gekomen, en Phil wordt daarmee een poosje de teamgenoot van John Hartle in zowel de 350- als de 500cc klasse. In de 350cc klasse scoort Read alleen een derde plek in West-Duitsland, terwijl hij zich bij de halveliters tijdens alle drie de races die hij rijdt (Minter is er vanaf de vierde GP in Ierland weer bij) bij de top 3 weet te scharen. Op het eiland Man finisht hij als derde achter de MV van Hailwood en zijn teamgenoot Hartle. Hartle wint vervolgens de TT van Assen en Read wordt hier tweede, nadat Hailwood reeds zijn machine aan de kant heeft moeten zetten vanwege technische problemen. In Belgi‘ wordt Read ook tweede, ditmaal achter Hailwood, die zijn titel bij de halveliters dat jaar weet te prolongeren, terwijl we Read uiteindelijk op een vierde plek kunnen terugvinden in de eindstand.
Aan het eind van het seizoen komt Read ook nog in actie voor de fabriek van Yamaha en wel bij de kwartliters. Tijdens de laatste GP van dat jaar in het thuisland van de Yamaha-fabriek, Japan, weet Phil te imponeren door naar een knappe derde plek te rijden in de 250cc-race. Het betekent het begin van een lange en succesvolle samenwerking tussen Read en Yamaha.

In 1964 vinden we Read terug in de eindstand voor het wereldkampioenschap bij maar liefst vier verschillende klassen. In de 125cc klasse verschijnt hij aan de start van de Dutch TT met de tweetakt-Yamaha, waar hij in een fel duel verwikkeld is met de viertakt-Honda van Redman, die uiteindelijk de sterkste is, waar Phil tevreden moet zijn met de tweede plaats. Deze ene klassering van Read is goed voor een achtste plaats in de eindstand.
Bij de kwartliters is Read echter het hele jaar in gevecht verwikkeld met de Honda van Redman. Voor het eerst sinds 1961 weet Phil weer een race te winnen, als hij de sterkste is in Frankrijk. Gedurende dat seizoen weet hij nog vier races bij de kwartliters op zijn naam te schrijven, als hij ook de sterkste is in West-Duitsland, in Oost-Duitsland, in Ierland en in Itali‘. Redman wint dat jaar uiteindelijk drie races, maar de Rhodesi‘r scoort ook een heel aantal tweede plaatsen, waardoor hij aan het eind van het seizoen meer punten bij elkaar heeft gereden dan Read. Doordat echter alleen de zes beste resultaten worden meegerekend voor de eindstand in het kampioenschap, is het toch Read, die met een verschil van vier punten wereldkampioen wordt; de eerste wereldtitel uit zijn carriˆ¬re.
In de 350cc klasse komt Read dat jaar met zijn AJS niet verder dan ŽŽn keer een tweede plaats tijdens de TT-races op het eiland Man, waarmee hij op een zesde plek eindigt in de eindstand, terwijl het hier wel Redman is, die met de titel aan de haal gaat.
Bij de halveliters is er echter meer succes voor Phil. Hij scoort een aantal tweede plaatsen op zijn Matchless, maar het hoogtepunt beleeft hij, na overgestapt te zijn, opnieuw op Norton. Aan boord van deze machine wint hij namelijk de race in Ierland, waar hij tevens zijn eerste dubbel-overwinning scoort, na dus ook de kwartliter-race al te hebben gewonnen. Hailwood domineert dat jaar echter opnieuw bij de 500ccÕs door maar liefst zeven van de negen wedstrijden te winnen met zijn MV Agusta en hij wordt dan ook andermaal wereldkampioen in deze klasse. Read daarentegen finisht op een knappe derde plek in de eindstand, zij het ver achter Hailwood.

Vanaf 1965 zien we Read een heel aantal jaren alleen nog maar rijden voor de renstal van Yamaha, waarbij de nadruk dat jaar ligt op het prolongeren van de 250cc-wereldtitel. Read begint dat jaar zeer sterk bij de kwartliters door direct de eerste vier GPÕs te winnen en gedurende het seizoen volgen er nog drie overwinningen. Daarmee valt Phil niet meer te passeren in de stand om het kampioenschap en hij wordt dus voor de tweede keer wereldkampioen bij de kwartliters, voor zijn stalgenoot Mike Duff (van 1964 tot en met 1966 rijdend voor Yamaha) en de Honda van Redman.
Bij de achtsteliters scoort Read dat jaar ŽŽn overwinning door de Britse TT te winnen, waarmee hij op een tiende plek in de eindstand terechtkomt. Op datzelfde circuit finisht hij op een tweede plek in de 350cc-race; een tweede plaats die goed blijkt te zijn voor een negende plaats in de eindstand.

In het seizoen 1966 gaat Read zich, naast de 250cc klasse, ook helemaal concentreren op de 125cc klasse. Hij komt bij de achtsteliters dat jaar bijna in alle races aan de finish en in Finland is hij de sterkste van allemaal. Luigi Taveri wordt echter wereldkampioen, voor Bill Ivy (stalgenoot van Read en rijdend voor Yamaha van 1965 tot en met 1968) en Ralph Bryans, terwijl Read aan het eind van het jaar genoegen moet nemen met een vierde plek als eindklassering.
Een hele grote domper voor Read in 1966 wordt het verlies van de wereldtitel in de 250cc klasse. De reeds naar Honda teruggekeerde Mike Hailwood is een klasse apart en hij wint maar liefst tien van de twaalf races. Read mag daarentegen geen enkele keer op de hoogste trede van het podium gaan staan, maar door onder andere een reeks van tweede plaatsen wordt hij dat jaar wel vice-wereldkampioen bij de kwartliters. De achterstand op Hailwood is, ondanks het feit dat slechts de zeven beste resultaten meetellen, nog steeds enorm.
Bij de 350ccÕs slaagt Read erin de afsluitende GP in Japan te winnen, wat tevens zijn enige resultaat van dat jaar is in deze klasse. Hiermee eindigt hij op een achtste plek in eindstand, terwijl Hailwood ook hier aan boord van zijn Honda er met de titel vandoor gaat.

In 1967 kunnen we Read opnieuw terugvinden in de hoogste regionen in zowel de 125- als de 250cc klasse op zijn Yamaha. Bij de achtsteliters heeft Phil het zwaar aan de stok met zijn teamgenoot Ivy, die maar liefst acht races weet te winnen en daarmee wereldkampioen wordt. Read kan daar met zijn twee overwinningen niet aan tippen en voor de Brit is er de rol van vice-wereldkampioen weggelegd.
Bij de kwartliters gaat het dat jaar tussen vier man; de twee HondaÕs van Hailwood en Bryans en de twee YamahaÕs van Read en Ivy. Bryans (2 overwinningen) rijdt 58 punten bij elkaar, Read (4 overwinningen) 56 punten
, Hailwood (5 overwinningen) 54 punten en Ivy (2 overwinningen) 51 punten. Na het schrappen van de slechtste resultaten houden zowel Hailwood als Read 50 punten over, terwijl Ivy en Bryans respectievelijk 46 en 40 punten in hun bezit houden. Doordat Hailwood ŽŽn overwinning meer heeft behaald dan Read, gaat de Honda-man opnieuw met de wereldtitel aan de haal en moet Phil andermaal genoegen nemen met een tweede plek in de eindstand bij de kwartliters achter zijn landgenoot.

Read en Ivy domineren het jaar daarop in de 125- en 250cc klasse met hun YamahaÕs, waar Phil zich prima weet te ÔrevancherenÕ voor de twee tweede plaatsen in de eindstanden van het jaar daarvoor. Bij de achtsteliters is Phil zijn teamgenoot ruimschoots de baas door zes van de negen races te winnen, waar Ivy het moet doen met twee overwinningen. Read wordt daarmee voor de eerste keer (en tevens enige keer) wereldkampioen in de 125cc klasse, terwijl Ivy tweede wordt, overigens ruim voor de rest van het veld.
Bij de kwartliters doen de twee Yamaha-mannen qua resultaten niets voor elkaar onder. Zowel Read als Ivy winnen vijf wedstrijden, beide heren worden twee keer tweede en hebben daarmee beide 52 punten in de brutostand en 46 punten in de nettostand bij elkaar gereden. De racetijd over de races waar zowel Read als Ivy aan de finish zijn gekomen, moet vervolgens gaan bepalen wie zich in 1968 wereldkampioen bij de 250ccÕs mag gaan noemen. Dit ÔduelÕ wordt in het voordeel beslist van Read, die daarmee na twee jaar geen wereldkampioen te zijn geweest de wereldtitel bij de kwartliters herovert en Phil wordt dat jaar dus voor de eerste, en tevens de laatste keer, dubbel-wereldkampioen.

Voor aanvang van het seizoen 1969 wordt door de FIM een aantal wijzigingen aangebracht in het technische reglement met betrekking tot het terugbrengen van het aantal toegestane cilinders per klasse, aanvankelijk alleen in de 50- en 125cc klasse en vanaf 1970 ook bij de kwartliters. Yamaha besluit hierop zich officieel terug te trekken uit de GP-racerij. In principe komt dit erop neer, dat de plaats van de fabrieksmachines uit de jaren daarvoor nu wordt ingenomen door serie-afgeleide machines met minder cilinders dan weleer. Door deze wijziging denkt Ivy aanvankelijk aan stoppen, maar hij komt dat seizoen uiteindelijk bij de renstal van Jawa terecht om in de 350cc klasse te rijden, waar hij tijdens de GP van Oost-Duitsland helaas dodelijk verongelukt.
Read blijft bij Yamaha, maar in 1969 en 1970 vinden we hem amper terug in het wereldkampioenschap. In 1969 zijn Reads enige resultaten ŽŽn overwinning in de 250cc klasse en ŽŽn overwinning in de 350cc klasse, beide op het circuit van Imola, waarmee hij in beide klassen op een dertiende plek eindigt in de eindstand.
Het jaar daarop, 1970, eindigt Phil op een twaalfde plek in de eindstand bij de kwartliters door een tweede plek in Assen en een derde plek in Itali‘. Bij de 350ccÕs komt Read niet verder dan ŽŽn derde plek in Assen en daarmee een zeventiende plaats als eindklassering. De belangen voor Yamaha worden in die jaren met name door mannen als Kent Andersson en Rodney Gould behartigd, waarvan laatstgenoemde wereldkampioen in de 250cc klasse werd in 1970.

In 1971 is Read echter weer helemaal terug in het WK 250cc, waarvan het startveld voor zoÕn 90% bestaat uit Yamaha-rijders. Phil wint drie races (in Duitsland, in Groot Brittanni‘ en in Nederland) en Read behaalt dat jaar zijn vijfde wereldtitel uit zijn loopbaan door onder andere Yamaha-collegaÕs Gould en Jarno Saarinen de baas te zijn.
Door een tweede plaats in Assen in de 350cc-race vinden we Phil aan het eind van dat jaar ook terug in de eindstand van deze klasse op een zestiende plek.
Bij de halveliters weet Phil dat jaar ook punten te scoren en wel aan boord van een Ducati. In Italie scoort hij een vierde plaats, goed voor een achttiende plek in de eindstand.

Dan breekt het seizoen 1972 aan. Bij de kwartliters rijdt Read opnieuw aan boord van een Yamaha als regerend-wereldkampioen. In de 350cc klasse vinden we Phil echter terug op een MV Agusta (na jaren weer een viertakt-machine, zoals de Gilera in 1963, in plaats van de tweetakt-YamahaÕs) als de tweede man achter veelvoudig wereldkampioen Giacomo Agostini.
Voor Read persoonlijk wordt het niet een zeer bijzonder jaar. In de 250cc klasse mag hij twee keer op de hoogste trede van het podium gaan staan en hij eindigt op een vierde plek in de eindstand, terwijl Saarinen voor Yamaha met de titel aan de haal gaat.
In de 350cc klasse wint Read ŽŽn wedstrijd en een vijfde plek in de eindstand is hier zijn deel. Zijn kopman Agostini wordt echter opnieuw wereldkampioen, nadat Saarinen en Renzo Pasolini hem het leven behoorlijk zuur hebben gemaakt, waardoor men bij MV na afloop van het seizoen zeer tevreden is, als Ago ook nog eens voor de zevende keer op rij 500cc-wereldkampioen wordt.

In 1973 zien we Phil alleen nog maar aan de start verschijnen voor de stal van MV Agusta, waarvoor hij zowel in de 350- als de 500cc klasse rijdt. Bij de 350ccÕs wordt Ago voor de zesde achtereenvolgende keer wereldkampioen, terwijl Read (geen zegeÕs) derde wordt in het kampioenschap. Tussen beide MV-mannen vinden we de Fin Teuvo Lˆ_nsivuori terug, die ook nog lange tijd aanspraak maakt op de titel.
In de koningsklasse is het aanvankelijk Saarinen, die op de wereldtitel lijkt af te gaan aan boord van zijn nieuwe fabrieks-Yamaha (op de Hockenheimring wordt hij nog verslagen door Read, nadat de Fin met pech aan de kant is komen te staan), maar op het circuit van Monza komt ÔDe Vliegende FinÕ helaas samen met Pasolini dodelijk ten val tijdens een rampzalig ongeval in de 250cc klasse, waarbij ook nog een heel aantal andere rijders betrokken is. Read daarentegen maakt een sterk seizoen mee (Agostini kent een moeizame start van het seizoen) en de Brit wint in totaal vier races en hij gaat vervolgens met de wereldtitel aan de haal, na reeds de koppositie binnen het team van MV in de 500cc klasse van Ago te hebben overgenomen, die op een derde plek eindigt in de eindstand, nog achter de Kšnig van Kim Newcombe.

Na het vertrek van Ago naar de stal van Yamaha wordt Read in 1974 de offici‘le kopman binnen het team van MV Agusta, waar hij steun krijgt in de persoon van Gianfranco Bonera. Read staat wel ingeschreven in de diverse programmaboekjes bij de 350ccÕs, maar hij rijdt gedurende het seizoen geen punten bij elkaar in deze klasse.
In de koningsklasse slaagt Read er echter in zijn titel te prolongeren, waarbij hij ook nog eens vier GP-zeges weet te boeken. Zijn teamgenoot Bonera wordt vice-wereldkampioen, waarbij hij de fabrieks-YamahaÕs van Lˆ_nsivuori en Agostini voorblijft.

In 1975 gaat het in de 500cc klasse opnieuw om de strijd tussen de MV en de Yamaha. Was het het jaar daarvoor nog Read, die voor MV de titel binnenhaalde (tevens de laatste wereldtitel voor MV), in 1975 pakt Yamaha voor de eerste keer bij de halveliters de titel met Agostini. Read rijdt wel de meeste punten bij elkaar door overal waar hij finisht op het podium te eindigen, waaronder twee zeges in Belgi‘ en in Tsjechoslowakije (ReadÕs laatste overwinning), maar omdat alleen de zes beste resultaten meetellen, is het Ago (vier overwinningen), die met de titel aan de haal gaat.

Het seizoen 1976 wordt het laatste jaar voor Read in de GPÕs. Ago keert dat jaar terug naar MV Agusta en Phil maakt de overstap naar Suzuki, waar ook mannen als Sheene (dat jaar wereldkampioen), Lˆ_nsivuori (in 1975 ook al rijdend voor Suzuki) en Pat Hennen voor rijden. Read speelt dat jaar echter, net als Agostini overigens, geen grote rol van betekenis meer. Phil finisht nog twee keer op het podium (3e in Oostenrijk en 2e in Itali‘), waarmee hij op een tiende plek eindigt in de eindstand voor het wereldkampioenschap.

Daarmee komt er een einde aan de lange en succesvolle loopbaan van Read. Hij slaagde er dus in wereldkampioen te worden in zowel de 125-, de 250- als de 500cc klasse. Alleen in de 350cc klasse (waarin hij dus ook heeft gereden) wist Phil geen enkele maal beslag te leggen op de wer
eldtitel. Toch is Read nog steeds ŽŽn van de weinige coureurs, die erin slaagde in maar liefst drie verschillende klassen wereldkampioen te worden. Mike Hailwood (250-, 350-, 500cc) was de eerste, die dit lukte en Read trad in zijn voetsporen en tot nu toe is het alleen Valentino Rossi (125-, 250-, 500cc/MotoGP) geweest, die deze prestatie vervolgens nog een keer wist te herhalen. Kortom: iets subliems!

Erelijst van Phil Read:

52 overwinningen
7 wereldtitels

1961:
125cc: geen overwinningen, 12e in de eindstand
350cc: ŽŽn overwinning, 4e in de eindstand
500cc: geen overwinningen, 15e in de eindstand

1962:
350cc: geen overwinningen, 14e in de eindstand
500cc: geen overwinningen, 3e in de eindstand

1963:
250cc: geen overwinningen, 10e in de eindstand
350cc: geen overwinningen, 11e in de eindstand
500cc: geen overwinningen, 4e in de eindstand

1964:
125cc: geen overwinningen, 8e in de eindstand
250cc: vijf overwinningen, 1e in de eindstand
350cc: geen overwinningen, 6e in de eindstand
500cc: ŽŽn overwinning, 3e in de eindstand

1965:
125cc: ŽŽn overwinning, 10e in de eindstand
250cc: zeven overwinningen, 1e in de eindstand
350cc: geen overwinningen, 9e in de eindstand

1966:
125cc: ŽŽn overwinning, 4e in de eindstand
250cc: geen overwinningen, 2e in de eindstand
350cc: ŽŽn overwinning, 8e in de eindstand

1967:
125cc: twee overwinningen, 2e in de eindstand
250cc: vier overwinningen, 2e in de eindstand

1968:
125cc: zes overwinningen, 1e in de eindstand
250cc: vijf overwinningen, 1e in de eindstand

1969:
250cc: ŽŽn overwinning, 13e in de eindstand
350cc: ŽŽn overwinning, 13e in de eindstand

1970:
250cc: geen overwinningen, 12e in de eindstand
350cc: geen overwinningen, 17e in de eindstand

1971:
250cc: drie overwinningen, 1e in de eindstand
350cc: geen overwinningen, 16e in de eindstand
500cc: geen overwinningen, 18e in de eindstand

1972:
250cc: twee overwinningen, 4e in de eindstand
350cc: ŽŽn overwinning, 5e in de eindstand

1973:
350cc: geen overwinningen, 3e in de eindstand
500cc: vier overwinningen, 1e in de eindstand

1974:
500cc: vier overwinningen, 1e in de eindstand

1975:
500cc: twee overwinningen, 2e in de eindstand

1976:
500cc: geen overwinningen, 10e in de eindstand

Tekst: Asse Klein, [email protected]
Bron foto: www.pejer.se

Read als regerend-wereldkampioen op de 500cc MV Agusta.