Motorband ondersteunt Stichting RAPS

296

Racende Achterhoekers Promoten Snelheid was de stichting die het Jarno Boesveldt ooit mogelijk maakte om in de subtop van het ONK 250cc te starten, de drijvende kracht achter deze stichting zijn Gijs en Bennie Jolink. Gijs heeft de Racesport redactie gevraagd aandacht te besteden aan zijn nieuwe project en als jullie veel gaan klikken op www.demotorband.nl, en daarbij laten weten dat je via Racesport komt, komt RAPS misschien ook nog wel weer terug in de wegracerij.

De Stichting RAPS (met bestuurslid Bennie Jolink en voorzitter Gijs Jolink) maakt zich zorgen over het feit dat de aansluiting naar de internationale top door veel Nederlandse rijders steeds moeilijker wordt. In Nederland zit net zo veel talent als in het buitenland, maar er is minder geld en er is minder ondersteuning van overkoepelende organen, ondanks dat de nationale bond, de KNMV, wel goede dingen doet. Dit geldt eigenlijk bijna voor alle takken van motorsport. Ook de motorcross.







Met heimwee verlangen we naar de tijd dat helden als John v.d. Berk, Dave Strijbos en Pedro Tragter alle wereldtoppers in de pijp lieten kijken en gewoon wereldkampioen werden! En dan praten we nog niet eens over de tijd dat mannen als Gerrit Wolsink en, nog verder terug, Jan Klinck en Broer Dirkx het internationale deelnemersveld aanvoerden. Op wedstrijden kwamen toen met regelmaat meer dan 25.000 bezoekers af, die aantallen worden tegenwoordig op wedstrijden helaas niet meer gehaald. De Zwarte Cross is de uitzondering hierop die de regel bevestigt. Gelukkig rijden er nog wel Nederlandse jongens in de top-10 van de wereld mee, denk hierbij aan Eggens en De Reuver, maar helaas geen wereldkampioenen meer de afgelopen jaren en ook te weinig nieuwe talenten die kunnen meedingen om het felbegeerde wereldkampioenschap.

De Stichting RAPS wil hier een structurele bijdrage leveren aan de ontwikkeling van nieuwe talenten en wordt hierin gesteund door de Motorband, Jovink & the Voederbietels en de KNMV. Hierbij wordt geen geld gestopt in individuele rijders, maar in een plan dat bestaat uit drie aspecten.

De drie aspecten
Het eerste doel is om de sport bekender te maken bij de jeugd. Middelen hiervoor zijn:
motoropstapdagen voor kinderen, brommerwedstrijden voor de jeugd en promoactiviteiten waarbij de jeugd geprikkeld c.q. enthousiast wordt gemaakt. De kanalen zijn hiervoor heel divers. Hierbij kunnen lokale crossverenigingen een goede bijdrage leveren, want die doen vaak al van alles m.b.t. jeugdbegeleiding, mee samenwerken dus. Maar ook motorbladen en radio en TV kunnen hieraan bijdragen. Bij TV kunnen we bijvoorbeeld ook denken aan airplay van wedstrijden, stunts en stadioncrossen.

Het tweede doel is om talenten beter en sneller te herkennen, zodat ze eerder ‘opgepikt’ kunnen worden. Een jongen van 14 intensief, professioneel en doelgericht begeleiden heeft veel meer zin dan een jongen van 20 of nog ouder. Ter vergelijking: Dave Strijbos won al wedstrijden, meetellend voor het wereldkampioenschap, op zijn 16e! Op tijd beginnen is dus zeer belangrijk. Ander actiepunt is het aanstellen van de juiste scouts met de juiste capaciteiten en de juiste bevoegdheden.

Het derde doel zit in de begeleiding zelf. Als de juiste talenten op tijd gescout zijn en de deskundigen zijn het er over eens dat het om een potenti‘le wereldkampioen gaat, dan begint de daadwerkelijke ondersteuning. Hierbij zijn de volgende zaken van belang: het zoeken van extra sponsors, het intermedi‘ren tussen rijder en sponsors en het zoeken naar het beste materiaal, incl. motor.

Het zoeken van de juiste begeleiding is maatwerk; waar woont de persoon, waar traint de persoon, fysieke begeleiding, mentale begeleiding, technische begeleiding, financi‘le begeleiding, logistiek, het behalen van de juiste diploma’s van zowel rijder als zijn begeleiders en last but not least; het cre‘ren van een dusdanige organisatie die structureel bijdraagt aan het opsporen en begeleiden van talenten naar de top.
Uiteindelijk doel is de rijder op zo kort mogelijke termijn financieel onafhankelijk te maken. Een wereldkampioen kan ook heel veel geld verdienen. Maar een wereldkampioen word je niet zomaar, zeker niet als je uit een klein land als Nederland komt, waar relatief minder geld in de markt zit dan in landen als Amerika, Spanje en Itali‘. Daarom moet eerst geˆønvesteerd worden in de structuur. In het verleden is gebleken dat als een Nederlander zich gaat mengen om de mondiale allerhoogste plaatsen, de sport automatisch populairder wordt en dat is ook logisch; goed voor de sport!

Naast investeringen in een structuur heeft de Stichting RAPS ook middelen ter beschikking om bovenstaande punten te gaan realiseren. In 2003 is gekozen voor sponsoring van de KNMV in de 85cc, onder begeleiding van John v.d. Berk en bondscoach Leon Giesbers. E.e.a. sluit aan bij de doelstellingen van het jeugdbeleidsplan van de KNMV.

Meer info www.demotorband.nl